Hofjes

Doopsgezind Amsterdam heeft twee hofjes. Het Rijpenhofje aan de Rozengracht en het Zon’shofje aan de Prinsengracht. De woningen in de hofjes worden verhuurd aan specifieke doelgroepen.

Zon’shofje

Zonshof 1

Het Zonshofje ligt verscholen achter de huizen aan de Prinsengracht en de Prinsenstraat. Het is bereikbaar via een lange gang, die tussen 1723 en 1728 bekendstond als de Sonnegang en later de Noachsgang. Op de plek waar nu het hofje staat, bevond zich oorspronkelijk de doopsgezinde kerk De Kleine Zon van de Vereenigde Waterlandsche en Vlaamsche Gemeente, die ook een kerk genaamd De Zon aan het Singel bezat.

Na verkoop aan de Friese Gemeente kreeg het kerkgebouw de naam De Arke Noach. In die tijd mochten doopsgezinden hun kerken niet aan de openbare weg situeren. Toen De Zon en de Friese Gemeente zich later verenigden, werd De Arke Noach overbodig. In 1755 besloot men op deze locatie een hofje te bouwen, ter vervanging van een ouder hofje aan de Tuinstraat dat sinds 1672 aan De Zon was toebedeeld en bestemd was voor oude vrouwen, mannen en wezen.

Pas in 1764 werd de bouwvergunning verleend, waardoor het hofje in 1765 in gebruik kon worden genomen. Het bestond toen uit zes huisjes en twaalf kamers — in totaal 26 vertrekken voor telkens twee personen — voorzien van eetkamer, keuken en een ‘moederwoning’. Het hofje beschikte bovendien over sanitaire voorzieningen op beide verdiepingen, evenals een overvloed aan regen- en popwater. De zolder werd aan één zijde gebruikt voor het drogen van wasgoed, en aan de andere zijde als opslagruimte voor turf — destijds een teken van redelijke luxe.

In 1800 werd het hofje uitgebreid, en opnieuw in 1882. In 1965, ten tijde van Alings, bood het onderdak aan 32 vrouwen. De directrice woonde aan de Prinsengracht 173, met een achteruitgang naar het hofje. Op deze plek bevindt zich nu de gemeenschappelijke ruimte voor de huidige bewoners, in totaal 37 studenten.

Het Zonshofje is tegenwoordig een woonproject voor jongeren, gebaseerd op de grondslagen van de Verenigde Doopsgezinde Gemeente Amsterdam. Daaruit vloeit voort dat de bewoners samen een woon- en leefgemeenschap vormen, waarin wederzijds respect, verdraagzaamheid, onderlinge solidariteit en eigen verantwoordelijkheid centraal staan. Van iedere bewoner wordt verwacht dat hij of zij actief bijdraagt aan deze doelstelling.

Om voor bewoning in aanmerking te komen, moeten studenten lid zijn van de Doopsgezinde Gemeente, een studie volgen en tussen de 18 en 20 jaar oud zijn bij aanvang. De maximale woonduur bedraagt vijf jaar.

Rijpenhofje

Het Rijpenhofje dankt zijn ontstaan aan de Amsterdamse doopsgezinde koopman Gerard van de Rijp, die in 1735 overleed. In zijn testament, waarin hij zijn neven Jan en Jacob de Rijp Centen tot universeel erfgenamen benoemde, bepaalde hij dat 20.000 gulden moest worden besteed aan de aankoop van enkele huisjes om daar een hofje van te maken. Nog eens 20.000 gulden werd bestemd voor het onderhoud en voor de preuves: de meestal jaarlijkse uitkeringen aan de bewoonsters van doopsgezinde of protestantse hofjes.

Gerard van de Rijp beschikte dit omdat hij, geheel in de doopsgezinde traditie, zorg wilde dragen voor oudere en alleenstaande vrouwen met beperkte middelen. Het stichten van een hofje bood hen niet alleen een veilige en betaalbare woonplek, maar was ook een vorm van praktische naastenliefde en een duurzame manier om zijn geloof en maatschappelijke betrokkenheid in daden om te zetten. Tegelijkertijd waarborgde het hofje een blijvende, zinvolle herinnering aan zijn naam.

Een jaar na zijn overlijden kochten de erfgenamen twee huizen aan de Rozengracht en verbouwden deze tot een ‘volkomen pieus gesticht ofte hofje’.

In 1747 droegen de erfgenamen het hofje over aan de Doopsgezinde Gemeente van Amsterdam, die vervolgens regenten aanstelde. Het hofje telde toen negen bewoonsters. In 1764 werd het uitgebreid, zodat er negentien vrouwen konden wonen. Een nieuwe uitbreiding volgde in 1830, toen enkele bestaande huizen aan de Rozengracht werden toegevoegd.

Halverwege de 19e eeuw was de regentenkamer een ware pronkkamer, voorzien van ten minste acht schilderijen uit de 16e, 17e en 18e eeuw, waaronder een werk van Govert Flinck, dat tegenwoordig als bruikleen te zien is in het Rembrandthuis.

Omdat het oude hofje in de loop van de 19e eeuw in verval raakte, werd het rond 1910 gesloopt. De bewoonsters verhuisden tijdelijk naar het in 1909 verlaten Konijnenhofje. Op 10 juni 1913 werd het nieuwe Rijpenhofje officieel in gebruik genomen; er woonden toen 21 vrouwen.

In 1965 werd het achter het hofje gelegen complex Huizen De Lely (Bloemstraat) functioneel met het hof verbonden door een doorgang tussen beide panden. In de voormalige regentenkamer, nu in gebruik als koffiekamer, werd op de plaats van een raam een smal deurtje gemaakt dat toegang geeft tot het binnenplaatsje van De Lely. Sindsdien vormen beide gebouwen één organisatorisch geheel.

In 1968 betrokken de eerste mannelijke bewoners het Rijpenhofje. Tegenwoordig wonen in het Rijpenhofje en Huizen De Lely samen achttien bewoners, aangevuld met twee of drie student-beheerders. Deze studenten krijgen hiermee een bijzondere en betaalbare woonplek in het centrum van Amsterdam, terwijl zij door hun aanwezigheid en ondersteuning bijdragen aan een waardevolle synergie tussen jong en oud binnen de hofjesgemeenschap.

Bovendien verhuurt Doopsgezind Amsterdam de woningen bewust voor een lage huurprijs, zodat ook ouderen en mensen met een kleinere beurs, vaak met een doopsgezinde achtergrond, de mogelijkheid hebben om in het hart van de stad te kunnen blijven wonen, precies zoals Gerard van de Rijp dit ooit had bedoeld.

Wonen op het Zon’shofje
Van bewoners van het Zon’shofje wordt verwacht dat je de doelstelling van Het Zon’shofje onderschrijft en dat je bereid bent om je hiervoor in te zetten. De doelstelling van Zon’shofje is het gezamenlijk vormen van een woon- en leefgemeenschap waarin wederzijds respect, verdraagzaamheid, onderlinge solidariteit en eigen verantwoordelijkheid bijzondere aandacht hebben. In de dagelijkse praktijk betekent dit samen overleggen en oplossingen zoeken voor de lastige situaties en problemen die zich nu eenmaal voordoen wanneer je met zijn dertigen op één plek woont. Zo is er bijvoorbeeld vier keer per jaar een bewonersvergadering waarbij iedereen aanwezig moet zijn. Tijdens die vergadering wordt de algemene gang van zaken besproken en worden diverse taken verdeeld.

Als er een kamer vrij komt wordt dit aangekondigd op onze website en via social media. Je kunt reageren op de oproep als je niet ouder bent dan 20 jaar, gemotiveerd om met dertig anderen samen te wonen en als je urgent behoefte hebt aan woonruimte. Stuur je motivatiebrief naar: beheerzonshof@vdga.nl. Vergeet daarbij niet je leeftijd, opleiding en studiejaar te vermelden!

Wonen op het Rijpenhofje
In het Rijpenhofje komt incidenteel woonruimte vrij. De woningen zijn circa 40m2 incl. keuken en badkamer. Ben je 55+, alleenstaand, bij voorkeur Doopsgezind en geïnteresseerd, schrijf dan een motivatiebrief naar:

Bestuur Rijpenhofje
p/a Singel 452
1017 AW Amsterdam

of mail naar:

rijpenhofje@vdga.nl

Start typing and press Enter to search